Mede naar aanleiding van de motie Jasper van Dijk c.s. (Kamerstukken II 2012/13, 33 495, nr. 17) hebben minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker op 5 februari 2014 een brief (Kamerstukken II 2012/13, 33 495, nr. 35) aan de Tweede Kamer gestuurd waarin zij aankondigen de Wet medezeggenschap op scholen op vier punten te willen wijzigen:
- De medezeggenschapsraad krijgt een rechtstreeks recht op vergoeding van kosten voor rechtsbijstand. Dit betekent dat de medezeggenschapsraad alle redelijkerwijs noodzakelijke kosten voor zijn taken rechtstreeks vergoed krijgt van het bestuur.
- De Landelijke Geschillencommissie WMS wordt bevoegd uitspraak te doen in nalevingsgeschillen. Als het bestuur dus zijn wettelijke verplichtingen niet naleeft, kan de medezeggenschapsraad voortaan terecht bij de laagdrempelige geschillencommissie in plaats van de Ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam. Bovendien kan naleving van de uitspraken van de geschillencommissie voortaan worden afgedwongen indien nodig.
- De medezeggenschapsraad krijgt de mogelijkheid om de nietigheid in te roepen van besluiten waarvoor de raad geen instemming heeft verleend.
- De medezeggenschapsraad krijgt een rechtstreeks recht op vergoeding van kosten voor scholing.
Daarnaast kondigen de minister en staatssecretaris aan dat medezeggenschapsraden adviesbevoegdheid krijgen bij de vaststelling van benoemingsprofielen voor bestuurders en bij voorgenomen besluiten tot benoeming of ontslag van bestuurders (college van bestuur, raad van bestuur etc.). Op dit moment hebben medezeggenschapsraden uitsluitend adviesbevoegdheid bij de vaststelling van profielen van toezichthouders en het toezichthoudend orgaan (raad van toezicht etc.) en de aanstelling of het ontslag van de schoolleiding (directeur, rector, conrectoren etc.). Verder krijgen medezeggenschapsorganen recht op overleg met de interne toezichthouder. Op dit moment mogen zij weliswaar een bindende voordracht doen voor een lid van het toezichthoudend orgaan, maar hebben zij formeel geen recht op overleg.
Naar aanleiding van de motie Beertema (Kamerstukken II 2012/13, 33 495, nr. 23) waarin wordt verzocht om onderwijsteams instemmingsrecht te geven op de vormgeving van het onderwijsleerproces stellen de minister en staatssecretaris kortgezegd dat dit al voldoende geregeld is in het primair en voortgezet onderwijs via de Wet medezeggenschap op scholen en een nog op te stellen professioneel statuut. In het MBO is reeds een professioneel statuut in werking. In het hoger onderwijs volstaan de huidige bevoegdheden van de medezeggenschapsorganen, zoals de opleidingscommissies.
Verder wijzen de minister en de staatssecretaris een instemmingsrecht op de hoofdlijnen van de begroting af. Hierom wordt verzocht in de aangehouden motie Van Meenen en Jasper van Dijk (Kamerstukken II 2012/13, 33 495, nr. 19). De minister en staatssecretaris wijzen er onder meer op dat medezeggenschapsorgaan en bestuur wel in onderling overleg een instemmingsrecht op de begroting kunnen overeenkomen.
Tot slot zien de minister en staatssecretaris naar aanleiding van een vraag van het lid Rog af van het invoeren van het enquêterecht voor medezeggenschapsraden. ‘Checks and balances’ binnen het onderwijs worden reeds op andere (bovenstaande) wijzen voldoende gewaarborgd.
Uiteraard kan Medezeggenschapsadvies Van Gasteren u ook bij vragen en problemen over bovenstaande zaken bijstaan, of het nu gaat om de vergoeding van kosten van het medezeggenschapsorgaan, het advies over de begroting, de vormgeving van het onderwijsleerproces, of de rol van de toezichthouder.